Micropoecilia picta


stanovic

Well-known member
Lid geworden
4 maart 2010
Berichten
1,314
Leeftijd
56
Locatie
oosten des lands
Website
www.emeraldking-aquatics.com
Een vis waar ik al jaren maar geen genoeg van kan krijgen is toch de micropoecilia picta. Ondanks het subgenus predikaat staat het ook bekend als de poecilia picta. In het nederlands zullen de meesten deze soort kennen als de moerasgup. Doch is het in wezen helemaal geen gup maar wel aanverwant. Een andere benaming in het nederlands is de pauwooggup, verwijzend naar de pauwoog die veelal in de staartaanzet en soms op de schouderpartij (bij wildkleur komt het meer voor t.o.v. de rode gekweekte soort) van de man aanwezig is. Doch heb wel gemerkt door de jaren heen dat die pauwoog bij de gekweekte versie niet altijd aanwezig is. Ik heb ooit een partij gehad die enkel grijsachtig waren (zowel man als vrouw) en af en toe kon ik een gele versie bemachtigen. Tegenwoordig hou ik praktisch enkel nog de rode kweekvariant. Trouwens de naam pauwooggup kwam ik door de jaren heen veel eerder tegen als de naam moerasgup. In het engels is deze soort voorzien van meerdere benamingen. Wij kennen in het nederlands slechts 2 benaming voor dit soort.
De rode kweekvariant die doorgaans van fish farms uit Thailand en omstreken komt, wordt op zoetwater gekweekt. In de endemische gebieden in de bovenste regionen van Zuid-Amerika waar dit soort een verspreidingsgebied kent, komen meerdere kleurslagen voor. Ook een rode morph komt er voor (nu zal dat rood overigens meer op oranje lijken als echt rood maar toch... ). Het merendeel komt hoofdzakelijk voor in brakwater.
Wat de gekweekte versie uit Azië aangaat, die kunnen idd op zoetwater worden gehouden doch heb ik wel opgemerkt dat er wel degelijk een zoutbehoefte om de hoek komt kijken bij de gekweekte variant als ze op een bepaalde leeftijd komen. Heb ze ooit in 2 gescheiden bakken gehouden en waarvan 1 zoutwater en 1 brakwater. Het scheelt echt wel in de levensduur als je ze op brakwater houdt. Ik hou deze soort al jaren en het is jammer dat er vaak door de commercie gesteld wordt dat dit een gemakkelijke vis is om te houden en wordt dan in de regel vergelijkbaar gesteld met een gup qua leefomstandigheden. Praktisch de meeste micropoeciliasoorten hebben een gebruiksaanwijzing om ze goed te houden. Bij mij wordt er gewoon nakweek geleverd.
Het is een bijzonder interessant visje waarvan het nog enigszins discutabel is of we deze levendbarende tandkaper resoluut onder de superfoetatieve eierlevendbarenden moeten rekenen of niet. Er komt nl. geregeld voor dat ook micropoeciliasoorten een gefaseerde zwangerschap kent. Ik heb er wel een artikeltje over geschreven in één van de kwartaalbladen van Poecilia Nederland, waarbij er een link is gemaakt naar een artikel waar o.a. David Reznick zich mee gebezigd heeft. Ik had hiervoor dan ook specifiek contact gezocht met deze amerikaan.

Ik ben tussen alles door ook nog al een tijd bezig met een hybrideproject. De F1 zwemt reeds in de bak rond als volwassen vissen. Het hybrideproject met micropoeciliasoorten heb ik in het verleden reeds eerder bewerkstelligd en heb er vruchtbare nakomelingen van gehad. Doch zeer sterk waren ze toen niet. Na zo'n half jaar had je qua levensduur er alles wel mee gezegd. Doch dit keer heb ik het hernieuwde project via een betere selectie opgestart. De mannelijke nakomelingen zijn opvallend beter qua bouw t.o.v. een aantal jaren terug. Meer details zal ik op mijn eigen website t.z.t. weergeven m.b.t dit project. Ben dit project weer begonnen om te weerleggen dat hybriden tussen micropoeciliasoorten en guppen of zelfs endlers niet onvruchtbaar zijn wat zo vaak wordt beweerd.
DSCF7120.JPG
DSCF7122.JPG
DSCF4067.JPG
DSCF7074.JPG
 

Terug
Bovenaan